Mozart’s genadeloze talent

Mozart (Tom Hulce) 'bewijst' dat hij Saliëri's welkomsmars na één keer horen uit zijn hoofd kent

Mozart (Tom Hulce) ‘bewijst’ dat hij Saliëri’s welkomsmars na één keer horen uit zijn hoofd kent.

Talentvolle nieuwelingen kunnen binnen de gevestigde orde van gemeenschappen en organisaties voor heel wat opschudding zorgen. De posities en machtsverhoudingen kunnen binnen die orde snel gaan verschuiven. Vooral als de nieuwelingen teveel in de smaak vallen bij de bovenbazen en met hun hulp vele treden van de vermoeiende carrière-ladder kunnen overslaan. Daarom zijn de arrivés binnen zo’n gevestigde orde bij de komst van nieuwelingen altijd op hun hoede en alert om hun positie veilig te stellen. Dat daarbij de angst voor de ontmaskering van de eigen vaak gepimpte talenten ook een rol speelt, moge duidelijk zijn.

Illustratief voor de beschreven situatie is de film ‘Amadeus’ van Milos Forman uit 1984. De film beschrijft enkele fictieve gebeurtenissen in de stad Wenen als de jonge uitzonderlijk getalenteerde Amadeus Mozart zich daar vestigt. De verwikkelingen spelen zich af rond de muzikale elite van de stad, bestaande uit o.a. de kapelmeester, de operadirecteur en de hofcomponist die zich rondom Keizer Joseph II, een belangrijke beschermheer van de kunsten, hebben verzameld. Die elite is weliswaar vereerd met de komst van Mozart, maar vraagt zich ook af wat dit voor hen gaat betekenen. Vooral hofcomponist Saliëri maakt zich zorgen en treft een strategische voorzorgmaatregel.

Als Mozart in 1781 voor het eerst op bezoek gaat bij keizer Joseph II, heeft Saliëri voor die gelegenheid een speciale ‘welkomsmars’ geschreven. Saliëri biedt de mars aan de keizer aan als een ‘trivialiteit’, een ‘kleinigheid’. In werkelijkheid heeft hij er dagen op zitten zwoegen en ploeteren, omdat hij op de keizer, maar vooral op Mozart, wiens talent hij in het geheim diep bewondert, een bekwame en vooral gelijkwaardige indruk wil maken.

Als de keizer in zijn enthousiasme vraagt of hij de mars op het klavecimbel mag voorspelen als Mozart zijn entree maakt, is Saliëri verguld. Hij heeft ook zijn twijfels, omdat de keizer geen gevoel voor muziek heeft en er geen tijd meer is om goed te oefenen. De spontane uitvoering is dan ook tenenkrommend. Mozart toont zich echter vereerd door de muzikale ontvangst door de vorst en geeft blijk van respect als hij verneemt dat Saliëri de componist van de welkomsmars is. Saliëri’s plan om zich direct te positioneren en indruk te maken als dé hofcomponist lijkt daarmee geslaagd en hij is dan ook uiterst voldaan met de gang van zaken. Zijn positie lijkt niet in gevaar.

Maar dan keert plotseling het tij voor Saliëri. Op het moment dat de keizer tot ‘business’ komt en Mozart vraagt een opera te schrijven, ontstaat in het gezelschap discussie of de taal in die opera Italiaans of Duits moet worden. Mozart die al een idee heeft voor de opera, breekt een lans voor de Duitse taal en hij haalt ter ondersteuning van zijn standpunt de Duitse deugden aan. Op dat moment gaat de goedgemutste en wat overmoedig geworden Saliëri in de fout. Hij vraagt, als Italiaan, wat die Duitse deugden dan wel mogen zijn? Het antwoord van Mozart luidt: ‘Love’. Hierop reageert Saliëri spottend: ‘Oh love!!, well, of course in Italy we know nothing about love’. En daarmee krijgt hij tot zijn genoegen de lachers op zijn hand. De geërgerde Mozart antwoordt echter bloedserieus, dat de Italianen daar inderdaad niets van begrijpen en hij geeft een overtuigend voorbeeld over de Italiaanse opera (zie fragment). Voor de keizer is het direct duidelijk; hij kiest voor de Duitse taal.

Bij het afscheid overhandigt Joseph II de welkomsmars aan Mozart. Deze zegt echter, dat hij deze niet nodig heeft, omdat hij de muziek reeds in zijn hoofd heeft. Daarop reageren de aanwezigen met verbazing en ongeloof. De keizer voelt de uitdaging en zegt: ‘Show us’. En dan begint de scene waarin Mozart het stuk inderdaad exact uit zijn geheugen blijkt na te kunnen spelen, de compositie ongevraagd op punten bekritiseert en de mars vervolgens zonder enige zichtbare inspanning al spelend met prachtige variaties verrijkt die de compositie evident verbeteren. De stomverbaasde aanwezigen staan versteld van het muzikale wonder dat zich voor hun ogen voltrekt.

Alleen Saliëri gaat door een hel. Hij voelt zich door de ongemanierde en genadeloze Mozart, die hem publiekelijk voor schut zet, gekleineerd. In het licht van Mozart’s uitzonderlijke talent, ervaart Saliëri weerloos zijn onverdraaglijke middelmatigheid als componist. Mozart’s komst naar Wenen betekent voor Salieri een ontmaskering van zijn talent én een vernederende dolksteek die voorgoed een eind maakt aan de zelfvoldaanheid en het comfort van zijn voorname positie aan het hof.

Zie hier het fragment (2.53 min):

 

 

 

1 comments

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.